Tien hilarische en typisch Friese uitspraken

2

Wij Friezen zijn natuurlijk trots op onze eigen taal. Bij die mooie taal hoort ook een flink aantal typisch Friese uitspraken. We hebben er tien op een rijtje gezet, die je in de Nederlandse taal niet snel tegen zal komen.

Ken jij nog Friese uitspraken die ook in dit rijtje thuishoren? Of ken je misschien iemand op wie één van deze uitspraken heel erg van toepassing is? Laat het ons dan weten in de reacties.

1. Dwazen en gekken sjogge nei in oar syn lekken en brekken.
Vertaling: Dwazen en gekken kijken naar andermans tekortkomingen.

2. Better de bûk te barsten, as it iten bedoarn.
Vertaling: Het is beter dat je buik barst, dan dat het eten bederft.
Betekenis: Dit wordt gezegd tegen iemand die zijn of haar eten niet op kan.

3. As hy syn holle op it kessen leit, slept syn kont al.
Vertaling: Als hij zijn hoofd op het kussen legt, slaapt zijn kont al.
Betekenis: Dit wordt gezegd tegen mensen die heel snel in slaap vallen.

4. ‘Ik bin de baas,’ sei de man, ‘mar ik doch wat myn wiif seit.’
Vertaling: ‘Ik ben de baas,’ zei de man, ‘maar ik doe wat mijn vrouw zegt.’
Betekenis: Uiteindelijk heeft de vrouw de broek aan in de relatie.

5. Earrebarren en froulju meie graach heech nestelje.
Vertaling: Ooievaars en vrouwen nestelen graag hoog.
Betekenis: Dit wordt gezegd tegen mensen die graag opvallen.

6. As it net kin sa’t it moat, dan moat it mar sa’t it kin.
Vertaling: Als het niet kan zoals het moet, dan moet het maar zoals het kan.

7. De grize giet my oer de grouwe.
Vertaling: De rillingen lopen me over de rug.

8. Gjin gerop en gjin geklei, op is op en wei is wei.
Vertaling: Geen gejammer en geen geklaag, op is op en weg is weg.

9. Men moat net alles sizze wat men wit, mar wol alles witte wat men seit.
Vertaling: Men moet niet alles zeggen wat men weet, maar wel alles weten wat men zegt.

10. In bytsje bryk is in minske lyk.
Vertaling: Een beetje scheef is menselijk.
Betekenis: Niemand is perfect.

Delen.

2 reacties

Laat een reactie achter